Overwegend wit voor het oog maar tegelijk elegant tweekleurig van violet naar wit verlopend, wat diepte geeft aan de grote volle bloemschermen op stevige stengels.
Bladhoudend, dus misschien het best in pot en in koude kas of beschut overwinteren.
Wonderlijk wit.
Deze prijswinnende cultivar werd in 2010 door Quinton en Andy van De Wet geselecteerd. Ze bloeit tweekleurig met hangende bloemen in grote schermen.
Voor een bladhoudende Agapanthus is ze relatief winterhard. Ze zou tenminste tot - 10 verdragen. Afdekken mag je haar alleen tijdens strenge vorstperiodes. Als je haar in pot zet en binnen overwintert kan ze niet in het donker staan zoals de bladverliezende cultivars.
Een spectaculair potfeestje.
Zeer diep blauw met donkere stelen, ontstaan op de kwekerij van Bob Brown; 'Cotswolds Garden plants'. (Je hoort verderop nog vaak van hem.)
Blad verliezend, dus beter winterhard dan bladhoudende Agapanthus.
In de volle grond wel misschien wat afdekken met stro of dennentakken.
Natuurlijk ook zeer gemakkelijk in pot te houden. Dat staat zo klassiek.
Heerlijk tweekleurig is deze compacte nieuwe bladverliezende Agapanthus. Ze bestaan in allerlei maten van dwerg tot reusachtig. Deze is met 70 cm heel fijn als potplant.
Bladverliezende cultivars zoals deze maken aanzienlijk meer kans in de volle grond te overleven. 'Twister' verdraagt tot -15 en met wat winterdek zelfs nog meer.
Een frisse wind voor je tuin.
Een best redelijk vorstbestendige, bladverliezende en zeer hoge vorm met een bijzondere aristocratische kleur. De bloemen zijn bij warm weer wit met een roze zweem. Als het kouder wordt worden ze meer roze.
Strenge winters evenwel toch iets dekken.
Ook mooi in potten, dan in de garage te overwinteren.
Op zoek naar de donkerste Agapanthus vonden we deze bladverliezende cultivar met hangende, zeer donker paarse bloemen.
Bladverliezende Agapanthus kunnen ook in de volle grond. Bij strenge vorst moeten ze dan misschien iets worden afgedekt. In pot overwinteren mag in het donker. Tot -12 verdragen ze zonder probleem.
Machtig en magisch.
De donkerste ooit gezien.
Vooral de knoppen zijn heel donker.
Lekker hoog ook.
Bladhoudend, dus wel in pot en in de garage overwinteren. Milde vorst verdragen ze daar prima.
De bloemen zijn steriel, zodat er geen zaad wordt gevormd en ze dus lang bloeien.
Plant een panter in je pot.
Een oud ras uit Bulgarije / Hongarije, ook wel bekend als 'Shipkas'.
De planten blijven klein en kunnen dus goed in pot worden gekweekt. De glimmende fel oranje pepers zijn zo'n 10 cm lang. Ze zijn niet extreem scherp maar wel aangenaam aromatisch en zoet.
Vroeg rijpend.
Uit Mexico of de VS, dat is niet helemaal duidelijk en best behoorlijk scherp voor een gele.
Vruchten ongeveer 15 cm lang.
Een sierlijk en rijk dragend pepertje met ongeveer 4 cm grote bolronde vruchten.
Ze zien er heerlijk uit als ze rijp zijn met hun chocolade bruine rood.
Ze zijn best heel behoorlijk scherp en hebben ook aardig wat vlees.
Met een volle, een beetje rokerige smaak.
'Chiluacle Negro' is een zeer oud ras met onregelmatige vruchten. Zelfs de Azteken zouden ze al hebben gekweekt.
Ze smaken zoals ze er uitzien; naar chocola, zoet, fruitig, met een vleugje tabak.
Ze zijn niet erg scherp. De capsaïcine zit vooral in de zaadlijsten.
Het ras dreigt verloren te gaan. Dus verzamel zo veel mogelijk zaad.
Zo zagen de eerste paprika's in Europa er in de 18e eeuw allemaal uit.
Ze zijn zo heerlijk als ze er uitzien.
Eigenlijk zijn die blokpaprika's de ijsbergsla (waterballen) onder de zoete pepers.
Een forse plant met dito vruchten tot ongeveer 400 gram.
Een milde Jalapeño, ontwikkeld door een Texaanse universiteit. (TAM)
Blinkt uit in ziekteresistentie, vroege en hoge productie en compacte groei.
Een mooi glanzende dikvlezige vrucht met bartjes. Volgens mij ideaal voor Salsa's en sauzen, maar dat moet ik nog uitproberen.
Giuseppe en Angella Nardiello immigreerden in 1887 met hun dochtertje Anna vanuit het Zuid Italiaanse Ruoti naar Naugatuck, Connecticut en brachten deze kostbaarheid mee.
Deze 25 cm lange bakpaprika is zeer rijk van smaak, vruchtbaar en ook uitstekend geschikt om te drogen.
Iedereen weet hoe compromisloos Italianen zijn als het om kwaliteit gaat en gelijk hebben ze.
Een tot 35 cm lange peper oorspronkelijk uit Italië door immigranten naar Canada meegenomen.
Joe Sestito uit New York is de naamgever en Dr. Carolyn Male bracht het ras in 1996 binnen bereik van een breder publiek.
Het is een aangenaam milde, zeer productieve peper.
Een kleine hartvormige peper.
Veel scherper dan je in sommige beschrijvingen tegenkomt, dus pas even op voor je er in hapt.
Echte peperfans vullen ze en eten ze in twee happen op. Ze zijn zoet en best heel pittig dus wat ons betreft zijn ze daarvoor wat te scherp. Wel goed bevleesd ook.
Ze worden buiten goed rijp, liefst op een warme plek. In de kas doen ze het nog beter. Een meter tussen de rijen, 50 cm in de rij.
Een bijzonder dikvlezige, bolronde en glanzende minipaprika
Lukt altijd en maakt makkelijk veel vruchtjes. De vruchten zijn lekker zoet en knapperig, het schilletje is wat taai.
De planten blijven vrij klein, dus ze zijn in pot te houden. Zeer geschikt ook om te vullen.
Omstreeks het midden van de 19e eeuw ontstond deze soort uit de matig hete pimento peper.
Gotta love it.
Een lekker zoete langwerpige paprika. Je snijdt er van de heerlijke dunne rondjes van voor je salade.
Ze worden tot wel 25 cm lang, zijn groenrijp te eten maar rood natuurlijk veel zoeter.
Stierenhoorn paprika, eat your heart out Torero.
Deze Habanero- of Ajoemapeper
was van 1994 tot 2006 kampioen allerscherpste peper ter wereld. Het ras werd op formaat, gewicht en scherpte ontwikkeld door Frank Garcia van GNS Spices, in Walnut, Californië.
Sinds 2011 mag het vrij worden vermeerderd.
Niet iedereen proeft die aromatische smaak boven de scherpte uit. Maar wie dat kan is hier fanatiek dol op. Je ruikt het ook.
Ze hebben echt veel warmte nodig, maar die krijg je dubbel en dwars terug.
Nederland heeft z'n boerenkool, België haar lof en Suriname deze dame.
3000 HS
Hoewel deze tropische verwant van de heggerank gezonde eetbare knollen produceert koesteren we deze toch vooral om haar sierlijke blad.
Je moet ze vorstvrij overwinteren.
Groente voor potten dus.
Zoete aardappel is een tropisch gewas, de knollen moeten binnen worden overwinterd.
In bloei komen ze bij ons niet. We vinden ze vooral leuk in pot vanwege hun blad samen met andere bladplanten zoals Pennisetum x advena 'Rubrum'.
Ze gaan heerlijk overhangen en produceren een bladwaterval en als het meezit ook nog een eetbare knol.
De knol van deze amusant sierlijke potwoekeraar ontleend haar zoetheid aan inuline. De zelfde suiker al we in aardpeer aantreffen. Inuline wordt snel afgebroken, is niet dik makend en verdraaglijk voor suikerpatiënten.
En dat bronzen blad? Heel aardig toch in pot.
'Papillon' is een rechtopgroeiende kloon van Lavandula pedunculata met lange licht roze vlaggen en sterk aromatisch dun smal blad. Het was de eerste kuiflavendel die Ntederland bereikte. De moderne kruisingen bevatten bloed van deze, L. stoechas en L. viridis.
Best een klein beetje winterhard vooral op zure zandgrond en elders soms in milde winters. Maar plant ze niet in grote groepen en zet ze als als je er erg aan hecht in een pot.
Zuilvormen maken nauwelijks en alleen korte vruchtbare zijtakken. Het boompje blijft ongeveer even groot en zuilvormig zodat ze ook nauwelijks plaats innemen. Ze kunnen zelfs als een fruithaagje worden toegepast..
De meeste zuilvormen zijn zelfbestuivend, maar een ander ras in de buurt zorgt altijd voor een betere oprbrengst.
'Bolero' heeft fris zoet-zure appels met een rode blos.